Outrageous Predictions
België legt strategische cacaovoorraad aan in Grote Choco Kluis (GCK)
Ole Hansen
Hoofd Grondstoffenstrategie
Saxo Group
Het lastigste deel van pensioenplanning is niet het sparen, maar weten hoe je je geld moet uitgeven. Na jaren van het opbouwen van een pensioen- of beleggingsrekening komt de onrustige maar eenvoudige vraag: hoeveel kun je elk jaar veilig opnemen zonder dat je door je middelen heen raakt?
Die angst verdwijnt nooit helemaal, hoe groot het saldo ook lijkt. De levensverwachting blijft stijgen, marktomstandigheden veranderen en prijzen blijven in beweging. Een bedrag dat ooit veilig leek, kan plotseling onzeker worden.
Het veilige opnamepercentage brengt structuur in die onzekerheid, omdat het een uitgavenlimiet stelt die zowel je inkomen als je spaargeld probeert te beschermen.
Het veilige opnamepercentage (SWR) is het percentage van je spaargeld dat je ieder jaar kunt opnemen, terwijl je vermogen gedurende je pensioen naar verwachting toereikend blijft. Het is een richtlijn die twee doelen in balans brengt die vaak tegengesteld zijn: je levensstijl behouden en zorgen dat je spaargeld niet te snel opraakt.
Dit idee werd populair nadat onderzoek in de Verenigde Staten aantoonde dat het jaarlijks opnemen van ongeveer 4% van een gebalanceerde beleggingsportefeuille, gecorrigeerd voor inflatie, in het verleden een pensioen van 30 jaar had kunnen ondersteunen. Deze bevinding staat bekend als de ‘4-procentregel’ en is nog steeds een veelgebruikt referentiepunt voor miljoenen mensen die hun leven na het werk plannen, al houdt het geen rekening met kosten, belastingen of toekomstige marktontwikkelingen.
Toch is er geen enkel tarief dat voor iedereen past. Jouw persoonlijke opnamepercentage hangt af van verschillende factoren:
Voor sommigen kan 4% redelijk zijn; voor anderen is een percentage dichter bij 3% of 5% verstandiger. Wat telt is dat je opnamepercentage aansluit bij je eigen financiële plan, niet dat je zomaar één standaardregel volgt.
Een veilig opnamepercentage geeft structuur aan je pensioenplanning. Het toont hoeveel inkomen je spaargeld elk jaar kan genereren en hoeveel je moet sparen om dat doel te bereiken. Het proces volgt drie duidelijke stappen:
Deel het bedrag dat je jaarlijks wilt opnemen door je totale spaargeld.
Stel dat je EUR 800.000 hebt gespaard en van plan bent EUR 32.000 per jaar op te nemen. De berekening is EUR 32.000 ÷ EUR 800.000 = 0,04, oftewel 4%.
Verlaag je het tarief naar 3%, dan zou dat neerkomen op EUR 24.000 per jaar, terwijl het verhogen naar 5% zou betekenen dat je EUR 40.000 per jaar kunt opnemen, maar met een groter risico dat je vermogen sneller slinkt.
Draai de formule om om te zien hoeveel je moet sparen voor het gewenste inkomen. Om het gewenste bedrag te vinden, deel je het gewenste jaarlijkse inkomen door je gekozen opnamepercentage.
Wil je bijvoorbeeld EUR 40.000 per jaar opnemen met een percentage van 4%, dan is de berekening EUR 40.000 ÷ 0,04 = EUR 1.000.000.
Dit geeft een duidelijk spaardoel op basis van de levensstijl die je wilt behouden.
Inflatie vermindert gaandeweg de koopkracht van je opnames. Om je koopkracht te behouden, kun je je opnames ongeveer in lijn met de inflatie verhogen, maar blijf flexibel — je kunt ze eventueel gelijk houden na jaren waarin de markt is gedaald.
Als de inflatie gemiddeld 2,5% is, wordt een opname van EUR 40.000 in het eerste jaar EUR 41.000 in het tweede jaar.
Het doel is je levensstijl te behouden, niet uit te breiden. In jaren met slechte marktomstandigheden kan het helpen om je opnamebedrag niet te verhogen, zodat je portefeuille langer meegaat.
Als je deze stappen volgt, kun je een redelijk uitgangspunt opstellen voor je pensioen.
Opmerking: De voorbeelden sluiten kosten en belastingen uit. Beide verminderen de duurzame opnamehoogte.
Een veilig opnamepercentage ligt niet vast. De voorbeelden hieronder tonen veelvoorkomende bandbreedtes voor gebalanceerde portefeuilles (bijvoorbeeld 50–60% wereldwijde aandelen en 40–50% hoogwaardige obligaties) en matige inflatieveronderstellingen:
Je kunt deze cijfers ook uitproberen in een calculator voor veilig opnamepercentage om te zien hoe lang je spaargeld meegaat in verschillende marktscenario’s.
Een veilig opnamepercentage helpt gepensioneerden omgaan met onzekerheid, maar geen enkele formule garandeert een perfect resultaat.
Hieronder staan de belangrijkste beperkingen die de effectiviteit van deze methode kunnen beïnvloeden:
De 4-procentregel gaat uit van stabiele langetermijngemiddelden, maar de markt is zelden voorspelbaar. Rendementen komen onregelmatig binnen. Dit ‘volgorde-risico’ betekent dat hoge vroege rendementen je portefeuille kunnen rekken, terwijl slechte vroege resultaten de levensduur kunnen verkorten, zelfs als het gemiddelde uiteindelijk goed is.
Stijgende prijzen verminderen de koopkracht van elke opname. De meeste modellen gaan uit van een inflatie van rond de 2–3%, maar langere periodes met hogere inflatie kunnen de koopkracht sneller uithollen dan verwacht en druk zetten op je uitgavenplan.
Gezondheidsproblemen, gezinsondersteuning of huisreparaties kunnen de uitgaven onverwacht veranderen. Een statisch plan kan zich niet aanpassen, dus het helpt om flexibel te blijven in plaats van vast te houden aan één getal.
Lage obligatierentes verlagen het inkomen dat portefeuilles stabiliseerde. Als veilige activa minder opleveren, kan het aanhouden van een opnamepercentage van 4% betekenen dat je een hoger aandeel aandelen moet hebben of je uitgavenverwachtingen moet verlagen.
Pensioenplanning is tegenwoordig flexibeler. Deze nieuwere benaderingen passen de opnames aan op basis van marktomstandigheden, persoonlijke behoeften en inkomensbronnen, in plaats van elk jaar hetzelfde percentage te blijven volgen.
Dit zijn de meest voorkomende strategieën om te overwegen:
Bij deze methoden worden de uitgaven aangepast aan de prestaties van de portefeuille. In goede jaren gaan de opnames iets omhoog; in zwakkere jaren blijven ze gelijk of dalen ze. Het doel is om de levensduur van je portefeuille te verlengen zonder grote compromissen in je levensstijl.
In plaats van elk jaar hetzelfde bedrag in euro’s op te nemen, halen sommige gepensioneerden een vast percentage van de huidige waarde van hun portefeuille op. Op deze manier kan je inkomen schommelen, maar voorkomt het dat je te veel opneemt in periodes van koersdalingen en zo het kapitaal te zeer aantast.
Sommige gepensioneerden combineren verschillende opname strategieën. Ze stellen bijvoorbeeld een basisinkomen vast in euro’s voor essentiële kosten en voegen daar een percentage aan toe dat is gekoppeld aan de beleggingsprestaties. In goede jaren nemen ze iets meer op; in moeilijke jaren beperken ze de opname. Zo ontstaat een middenweg tussen voorspelbaarheid en aanpasbaarheid.
Een veilig opnamepercentage hebben is één ding. Het over langere tijd veilig houden is iets anders. Deze stappen kunnen helpen je plan te ondersteunen wanneer de markt verandert:
Controleer jaarlijks je uitgaven, de waarde van je spaargeld en de marktomstandigheden. Als je portefeuille sterk in waarde daalt of als de inflatie sneller stijgt dan verwacht, stel dan een verhoging van je opname uit of verlaag je uitgaven iets totdat de situatie stabiliseert.
Gebruik pensioenen, lijfrentes of overheidsuitkeringen voor de basis: huisvesting, voeding en zorg. Laat je portefeuille vervolgens de extra’s verzorgen, zoals reizen of hobby’s. Deze mix biedt meer zekerheid en beperkt de druk om in slechte jaren te veel op te nemen.
Zorgkosten, huisreparaties of hulp aan familie kunnen een plan snel ontregelen. Houd hiervoor een aparte buffer aan, zodat je je langetermijnportefeuille intact kunt laten.
Het is verleidelijk om van koers te veranderen wanneer de markt daalt, maar te snel reageren doet vaak meer kwaad dan goed. Een plan dat werkt, is een plan dat je kunt volhouden, vooral wanneer het het moeilijkst lijkt.
Niemand bereikt het pensioen met het gevoel helemaal klaar te zijn. Er blijft altijd een mix van opluchting en twijfel over geld, gezondheid en het leven na het werk. Een veilig opnamepercentage brengt enige orde in die onzekerheid. Het belooft niks, maar geeft je wel een manier om te plannen zonder al te veel zorgen.
Wat uiteindelijk het meest telt, is een ritme vinden dat voor jou houdbaar voelt: genoeg opnemen om comfortabel te kunnen leven, maar niet zoveel dat je ’s nachts wakker ligt van de vraag of je morgen nog kunt rondkomen. Op den duur is het juiste opnamepercentage niet degene die er op papier perfect uitziet, maar het percentage dat je in staat stelt te genieten van de jaren waarvoor je zo hard hebt gewerkt en gepland.