Technische analyse: het vlaggenpatroon
Hans Oudshoorn
Beleggerstrainer SaxoAcademy
Samenvatting: Hoewel er tientallen patronen bestaan zijn ze allemaal onder te verdelen in twee groepen: omkeer- of continuatiepatronen. Bij een omkeerpatroon is de kans dat de koers een andere richting op gaat groter dan de kans op voortzetting van het oude patroon. Bij een continuatiepatroon is de verwachting dat de koers na een adempauze dezelfde richting volgt. Een bekend continuatiepatroon is het ‘vlagpatroon’. Lees hier wat een vlagpatroon is.
Level: Any experience
Hoewel er tientallen patronen bestaan zijn ze allemaal onder te verdelen in twee groepen: omkeer- of continuatiepatronen. Bij een omkeerpatroon is de kans dat de koers een andere richting op gaat groter dan de kans op voortzetting van het oude patroon. Bij een continuatiepatroon is de verwachting dat de koers na een adempauze dezelfde richting volgt. Een bekend continuatiepatroon is het ‘vlagpatroon’. Na de vorming van dit patroon vindt er geen trendbreuk plaats, maar wordt de ‘bullish’ of ‘bearish’ trend hervat.
Bullish of bearish
Twee beurstermen om de (verwachte) situatie op de markt als geheel of voor een aandeel aan te geven. Ze worden ook gebruikt door beleggers in verband met beleggingen die ze overwegen te doen. Bullish is een situatie op de beurs waarin beleggers veel vertrouwen hebben in de koersontwikkeling. De uitdrukkingen bullish en bull markt zijn afkomstig van het Engelse woord voor stier, bull. Als een stier aanvalt, tilt het zijn prooi met de hoorns omhoog. De link met beurskoersen? In een stierenmarkt worden aandelen omhooggestuwd. Kortom, er is sprake van een opwaartse trend.
Het tegenovergestelde van een stierenmarkt is een berenmarkt. In het laatste geval bevindt de beurs zich in een neerwaartse trend, met weinig kans op een snel en duurzaam herstel. Vaak wordt hier de Engelse term bearish of bear markt voor gebruikt. De link met de beer? Bij een aanval maakt deze vaak een slaande beweging met zijn klauwen omlaag.
Het bearish vlagpatroon
In de grafiek van ING ziet u na een periode van daling die begin 2018 startte, een correctie optreden. Deze ‘countertrend’ wordt ook wel de vlag genoemd (bearish flag). Hoe sneller de vlag zich vormt, hoe krachtiger het signaal. Het is belangrijk dat de vorming van de vlag binnen ongeveer vier weken gebeurt, anders verliest het patroon zijn waarde. Het steun- en weerstandsniveau van de vlag horen parallel aan elkaar te lopen.
Een ander punt van aandacht is het handelsvolume van het aandeel. Deze hoort bij de daling tot aan de vlag hoog, tijdens de vorming van de vlag laag en bij de hervatting van de downtrend weer hoog te zijn. Het moment om in te spelen op een daling met bijvoorbeeld een turbo short is na de doorbraak rond € 14. Leg daarbij het stop loss niveau vlak boven het hoogste punt van de vlag, rechtsboven. Een goed stop loss niveau ligt dan tussen € 14,75 en € 15.
Koersdoel bepalen
Technisch analisten gebruiken patronen vaak ook om koersdoelen te bepalen. Een koersdoel is het prijsniveau dat een aandeel, op basis van een analyse, binnen een bepaalde termijn kan bereiken. Voor wat betreft het vlagpatroon spreken technisch analisten in dit kader over ‘De vlag hangt halfstok’. In het geval van ING kun je de afstand van de vlaggenstok (eerste daling tot aan de vlag, ruim € 2), onderaan de plek van de doorbraak plakken om het koersdoel te bepalen. Na de doorbraak bij € 14, hapert de koers niet geheel toevallig voor het eerst bij € 12.
Het bullish vlagpatroon
Vlagpatronen komen ook voor binnen een stijgende trend (bullish flag). In dat geval wordt de vlag gevormd tijdens een kortstondige daling van de koers, waarna de stijging van het aandeel wordt hervat. In de koersgrafiek van ASML wordt het hele patroon gevormd in de maanden april tot juli 2018. Ook bij een bullish flag geldt dat de omzetten in het aandeel ‘hoog-laag-hoog’ moeten zijn.
Het moment voor de technisch analist om in te stappen, door de koop van de aandelen of een turbo long, is na de uitbraak door de weerstand van de vlag. In dit geval rond € 172. Leg daarbij het stop loss niveau vlak onder het laagste punt van de vlag, rechtsonder. Een goed stop loss niveau ligt dan tussen € 163 en € 166.
Koersdoel bepalen
Ook in het geval van een bullish flag kan eenvoudig een koersdoel worden bepaald. In het geval van ASML kun je de afstand van de vlaggenstok (eerste stijging tot aan de vlag, zo’n € 16), bovenop de plek van de uitbraak plakken om het koersdoel te bepalen. Na de uitbraak bij € 172, hapert de koers opvallend genoeg voor het eerst bij € 188.
Samengevat zijn patronen te verdelen in twee groepen: omkeer- of continuatiepatronen. Een bekend continuatiepatroon is het vlagpatroon. Na een dalende of stijgende trend volgt een kortstondige countertrend, de vlag, waarna de daling of stijging wordt hervat. Voor de set up van een transactie wordt in het geval van een negatieve trend de stop loss rechtsboven de vlag gelegd, in het geval van een positieve trend rechtsonder de vlag. Door de vlaggenstok op de plek van de doorbraak of uitbraak te plakken kan relatief eenvoudig een koersdoel worden bepaald.