Geduld, discipline en regelmaat: de heilige drievuldigheid van de belegger

Tijd is een van de grootste winstmotoren voor een belegger, en geduld één van de grootste deugden. Als u vandaag 1.000 euro gediversifieerd belegt, dan zal uw potentieel rendement er over 20 jaar namelijk helemaal anders uitzien dan wanneer u er over 10 jaar de brui aan geeft. Dat komt door het principe van rendement op rendement, door Albert Einstein ook wel eens het achtste wereldwonder genoemd. Stijgt een aandelenportefeuille 5 maanden op rij 2 procent, dan zal de portefeuille geen 10 procent extra waard zijn, maar 10,41 procent door het effect van rendement op rendement. Als u ook alle dividenden uit die portefeuille meteen herbelegt, versterkt u dat sneeuwbaleffect nog eens.

Geduldig zijn en de beurs zo veel mogelijk tijd geven om met uw beleggingen ‘te werken’, dat is dus de boodschap. ‘Maar er is nog een tweede manier om “tijd” in je voordeel te doen kantelen: zo vroeg mogelijk beginnen met beleggen, in plaats van nog even te wachten’, vertelt Dieter Haerens, CEO Saxo Bank België (voorheen BinckBank). ‘Terwijl je aan de ene kant geduldig moet zijn en in de markt moet blijven, moet je aan de andere kant dus ongeduldig zijn en zo snel mogelijk beginnen te beleggen.’ Dat maken we duidelijk met de hulp van Daan en Evelien, een tweeling van 25 jaar.

Daan en Evelien hebben dezelfde muzieksmaak, shoppen in dezelfde supermarkt en spelen in dezelfde tennisclub. Maar als het op geldzaken aankomt, zijn ze een toch beetje anders. Evelien belegt elke maand 200 euro in een periodiek beleggingsplan. Elk jaar 2.400 euro dus, en dat doet ze 10 jaar lang. Goed voor een totale investering van 24.000 euro. Na 10 jaar stopt ze met beleggen, maar verkoopt ze haar beleggingen niet. Ze laat de beurs gewoon nog 20 jaar lang zijn werk doen met het geld dat ze 10 jaar lang actief belegde. In totaal zal Evelien dus 30 jaar op de beurs zitten, tot ze 55 jaar is.

Terwijl Evelien op haar 25ste begint, wacht Daan nog 10 jaar. Hij start op zijn 35ste en belegt net als Evelien 200 euro per maand in hetzelfde beleggingsplan. Maar terwijl Evelien na 10 jaar stopte met 200 euro per maand in te brengen, gaat Daan dubbel zo lang door met elke maand 200 euro te beleggen. Twintig jaar lang dus, goed voor een geïnvesteerd bedrag van 48.000 euro.

Daan en Evelien zijn ondertussen beiden 55 en ze belegden in hetzelfde beleggingsplan. Dat bleek een slimme zet, want de jaarlijkse opbrengst was 7 procent. Evelien startte 10 jaar eerder op de beurs, maar Daan belegde dubbel zoveel geld. En toch behaalde Daan niet het meeste rendement.

Persoon	Geïnvesteerd	Jaarlijks rendement	Jaren actief belegd	Jaren op de beurs	Eindbedrag na 30 jaar
Evelien (25)	24.000 euro	7%	10 jaar	30 jaar	128.316 euro
Daan (25)	48.000 euro	7%	20 jaar	20 jaar	98.389 euro

Door 20 jaar gedisciplineerd en met regelmaat te beleggen, kan Daan zijn inzet bijna verdubbelen. Maar door 10 jaar gedisciplineerd en regelmatig te beleggen én daarna 20 jaar ‘niets te doen’ ziet Evelien haar inzet meer dan vervijfvoudigen. Door vroeger te beginnen liet Evelien de tijd nog eens extra in haar voordeel spelen.

De meeste Belgen denken pas aan beleggen zodra ze de 30 of 40 jaar voorbij zijn. ‘Bij Saxo Bank hebben we de leeftijd van nieuwe beleggers de voorbije jaren zien dalen van gemiddeld 45 jaar naar 38 jaar. Dat is een goed teken, maar eigenlijk zou je al moeten beleggen zodra je geboren bent’, zegt Dieter Haerens, die voor zijn drie kinderen dan ook begon te investeren in aandelen op de dag dat ze geboren werden. ‘Je kunt eigenlijk nooit te vroeg beginnen.’

Naast geduld en regelmaat is ook discipline belangrijk. Hoewel de beurzen op lange termijn een stijgend patroon vertonen, kunnen ze op korte termijn stevig op en neer gaan. Dat maakt het eenvoudig om toe te geven aan paniek - en alles te verkopen als het even minder gaat. Of aan euforie - en te veel bij te kopen als het goed gaat. Periodiek beleggen met een doorlopende opdracht - bijvoorbeeld 100 of 200 euro per maand – schakelt die emoties voor een stuk uit. ‘Op die manier maak je het voor jezelf moeilijker om er impulsief de stekker uit te trekken, en hou je makkelijker de lange termijn voor ogen.’

Let ook op de kosten

Heel wat Belgen beleggen in zogenaamd ‘actief beheerde’ beleggingsfondsen. Op zich zijn fondsen een verstandige keuze vanwege de diversificatie. Alleen betaalt u voor de ‘professionele opvolging’ heel veel geld. ‘Het is een dure verpakking voor de belofte om de beurs te proberen kloppen en daar in 95% van de gevallen niet in te slagen. Twee derde van de Belgen hebben een beleggersprofiel dat eerder verliesvermijdend is. Historisch gezien levert dat een gemiddeld rendement op van grofweg 5 procent’, vertelt Dieter Haerens van Saxo Bank België. ‘Maar als je kiest voor beleggingsfondsen, dan gaat de bank met het grootste deel van je rendement in die fondsen aan de haal. Door lopende kosten en instapkosten stroomt er al makkelijk 2,5 procent naar de bank. Als je geluk hebt. Nadat je ook nog eens taksen hebt betaald, houd je minder dan de helft van het rendement over.’

Mijn advies: zorg dat je meer overhoudt dan je bankier, aan je eigen geld. En dan zijn er betere oplossingen dan dure huisfondsen van de banken.

Dankzij Europese regels kunnen beleggers sinds enkele jaren beter inzicht in de kosten krijgen. ‘Ik raad beleggers aan dat kostenoverzicht grondig na te kijken. 1 procent kosten besparen per jaar op een portefeuille van 100.000 euro die 5 procent per jaar opbrengt? Dat levert na 10 jaar 15.000 euro extra winst op.’